Dwergjes
Wanneer men het over cichliden heeft, denkt men vaak aan groot wordende vissen. Maar wanneer we het over Apistogramma- soorten hebben, dan spreken we over dwerg cichliden welke vaak niet groter worden dan 6 centimeter. Apistogramma baenschi is een wat groter wordende soort onder de dwergjes waarvan de mannetjes vooral uitblinken. De mannetjes worden tot maximaal 8 centimeter groot, maar de vrouwtjes blijven aanzienlijk kleiner en zijn een stuk minder gekleurd dan de mannetjes.
Het aquarium
In het wild leven deze visjes in een biotoop waarin vrij weinig planten groeien, een zogenoemd zwartwater biotoop. Dit zijn beekjes of rivieren waarin wel veel plantenresten verspreid over de bodem liggen. Denk daarbij aan takken, bladeren, boomstronken en wortels van de bomen die aan de rand van het water groeien. Dat betekend niet dat deze vissen niet met aquariumplanten samen in een aquarium gehouden kunnen worden. De planten bieden een natuurlijke schuilplaats voor bijvoorbeeld ondergeschikte vrouwtjes óf voor jongen welke door vooral het vrouwtje worden beschermd.
Voeding
In het wild leven deze vissen van detritus waar ze eetbaar materiaal uit filteren met hun grote bek. Dit kan in het aquarium worden bereikt door bladeren te laten verteren op de bodem. Daarnaast worden de visjes graag bijgevoerd met bijvoorbeeld granulaat en diverse soorten diepvriesvoer zoals witte muggenlarven, artemia, mysis en cyclops.