Deze vis komt in brakke wateren zoals riviermondingen voor vanaf een diepte van ongeveer 10 meter, een temperatuur van
23 ˚C en 26 ˚C en een Ph van 7.0 – 8.5 en een hardheid van 12-30 graden dH. Het dieet bestaat in de natuur voornamelijk uit plantaardig materiaal zoals draadalgen en kiezelwieren, maar ook uit bladafval, schelp- en schaaldieren. Voor het gezond houden van de dieren in het aquarium is ook het voeren van plantaardig voedsel zoals spirulina vlokken en zeewier nodig. Ook fijngehakte doperwtjes worden graag gegeten. Het is een vreedzame cichlide die, behalve in de broedtijd, niet erg agressief is. Ze houden zich dan ook graag in losse groepjes op. Het is de officiële vis van de Indiase staat Kerala, waar hij ook veel wordt gegeten en geldt als lekkernij. De voortplanting gebeurt in groepen waarbij verschillende dieren de nesten beschermen. De eieren worden vaak afgezet in holletjes of op een platte steen, die eerst door de ouders schoongemaakt is. De eieren komen na zo’n 4 dagen uit en de jongen zwermen om de ouders gedurende hun eerste paar weken. De ouders eten niet gedurende die tijd.
Wetenschappelijke naam:
Etroplus suratensis
Nederlandse naam:
Groene chromide
Familie:
Cichlidae (Cichliden)
Herkomst:
Zuid India en Sri Lanka
Leeftijd:
tot 8 jaar
Lengte:
tot 40 cm, meestal niet groter dan 20 cm
Voortplanting:
Eierleggend, in nesten